Aanpassing van het protocol voor het beoordelen van het risico op hart- en vaatziekten

Medisch specialisten en huisartsen gebruiken een gestandaardiseerde richtlijn voor het beoordelen van het risico op het ontwikkelen van hart- en vaatziekten van hun patiënten. Deze risico-inschatting bepaalt in belangrijke mate het gesprek tussen de zorgverlener en patiënt over eventuele leefstijlverandering, en - indien nodig - medicamenteuze behandeling. Deze NHG-standaard Cardiovasculair risicomanagement is onlangs herzien.

Richtlijn Cardiovasculair risicomanagement
De NHG-Standaard is ontwikkeld door medisch specialisten en huisartsen en geeft gestandaardiseerde handvatten voor de beoordeling van het risico op hart- en vaatziekten. De standaard beschrijft hoe het cardiovasculair risico kan worden ingeschat, bij wie dit moet gebeuren en biedt handvatten om deze groep optimaal te begeleiden en behandelen. Naast advies voor medicamenteuze behandeling is leefstijladvies onderdeel van alle maatregelen om het risico op hart- en vaatziekten te verlagen. De richtlijn is primair bedoeld voor huisartsen, internisten en cardiologen, al zijn delen ervan ook relevant voor andere zorgprofessionals die mensen met een verhoogd risico begeleiden, waaronder diëtisten.

Aanpassingen in de herziene versie
De vernieuwde richtlijn (gepubliceerd juni 2024) is een update van de richtlijn uit 2019. Er is een vernieuwde risicoscoretabel (SCORE2 tabel) toegevoegd waarmee het risico op fatale en niet-fatale hart- en vaatziekten beter kan worden ingeschat. Daarnaast is de indeling in een bepaalde risicoklasse nu ook leeftijdsafhankelijk opgesteld om een optimaal passende behandeling te bepalen. Daarnaast wordt er in toenemende mate belang aan gehecht om samen met de patiënt te bekijken welke adviezen of behandelingen het beste bij hem of haar passen. Het belang van samen beslissen komt dan ook op meerdere plekkenexplicieter terug in de herziene richtlijn. 

Leefstijladviezen
Nadat het risico is bepaald, adviseert de richtlijn met de patiënt na te gaan met welke leefstijlaanpassingen de grootste winst te behalen valt en wat de meest haalbare aanpak is. Voorbeelden van effectieve leefstijlaanpassingen die in de richtlijn worden genoemd zijn: niet roken en meeroken vermijden, voldoende bewegen, stress voorkomen, streven naar een optimaal gewicht én gezond eten volgens de Schijf van Vijf. De herziene richtlijn adviseert ook over welke vetten passen in een hartvriendelijk voedingspatroon (zie de tekstbox). Deze adviezen komen overeen met de conclusies van de Gezondheidsraad.

Samenvatting van de adviezen voor vetzuren ter preventie van hart- en vaatziekten:

  • Vervang verzadigd vet door onverzadigd vet en complexe koolhydraten, en beperk de hoeveelheid verzadigd vet tot maximaal 10 energieprocent. Dit ondersteunt een gezond bloedlipidenprofiel.
    • Vervanging van verzadigd vet door geraffineerde / toegevoegde suikers verhoogt juist het risico op hart- en vaatziekten.
    • Anderzijds neemt het risico significant af als verzadigd vet vervangen wordt door meervoudig onverzadigde vetzuren, enkelvoudig onverzadigde vetzuren en koolhydraten uit volkoren producten.
  • Enkelvoudig onverzadigde vetzuren hebben een gunstig effect op het LDL-cholesterol wanneer zij verzadigde vetzuren of koolhydraten (suikers) vervangen, maar het effect op coronaire hartziekten is kleiner dan bij vervanging van verzadigde vetzuren door meervoudig onverzadigde vetzuren.
  • Meervoudig onverzadigde vetzuren kunnen worden onderverdeeld in omega-6-vetzuren, voornamelijk uit plantaardige olie en margarines (linolzuur) en omega-3-vetzuren, voornamelijk uit visolie en plantaardige oliën.
    • Omega-6-vetzuren verlagen het LDL-cholesterol wanneer zij verzadigde vetzuren vervangen.
    • Vette vis bevat naast de omega-3-vetzuren eicosapentaeenzuur en docosahexaeenzuur (EPA / DHA) ook andere gunstige voedingsstoffen, zoals vitamine D en jodium.
  • Het gebruik van visoliesupplementen wordt niet gestimuleerd. Ze wijzigen het serumcholesterolgehalte niet en met de huidige effectieve behandelingen ter verlaging van het cardiovasculair risico valt te betwijfelen of ze een gunstige invloed hebben op mortaliteit door alle oorzaken, ischemische hartziekten en beroerte.
  • Transvetzuren zijn zeer schadelijk door hun ongunstige invloed op zowel het totaal cholesterol (toename) als het HDL-cholesterol (afname). Wel is in Nederland door moderne hardingstechnieken de inname van transvetzuren al lager dan de maximaal aanbevolen hoeveelheid van 1 energieprocent.
  • De invloed van cholesterol uit voeding op serumcholesterolspiegels wordt gezien als beperkt vergeleken met het aandeel van vetzuren in de voeding.

De herziene NHG-Standaard Cardiovasculair risicomanagement is HIER te vinden

Aanpassing van het protocol voor het beoordelen van het risico op hart- en vaatziekten