Lager sterfterisico door hogere inname alfa-linoleenzuur

Verschillende plantaardige oliën zijn een belangrijke bron van het essentiële vetzuur alfa-linoleenzuur (ALA). Zo levert een theelepel lijnzaadolie al snel de volledige aanbevolen hoeveelheid alfa-linoleenzuur per dag. Toch worden plantaardige oliën ten onrechte weleens gezien als ongezond. Een gepoolde analyse van twee grote prospectieve cohorten uit de Verenigde Staten en China toont de gunstige effecten van regelmatig gebruik van ALA-rijke plantaardige voedingsmiddelen op het risico op overlijden.

Wat we nog niet weten over alfa-linoleenzuur

Hoewel ALA al langere tijd bekend is als belangrijk plantaardig omega-3 vetzuur, is relatief weinig bekend over hoe die inname precies samenhangt met het algemene sterfterisico, en hoe de voedingsbron daarbij een rol speelt. In een publicatie uit september 2025 onderzochten Chinese wetenschappers de mogelijke link tussen de inname van ALA via de voeding én de verschillende voedingsbronnen ervan, en de kans op sterfte door alle oorzaken.

Alfa-linoleenzuur: hoe zit het ook alweer?

Alfa-linoleenzuur (ALA) is een omega-3 meervoudig onverzadigd vetzuur. Het is een essentieel vetzuur dat we nodig hebben in ons lichaam en we via de voeding binnen moeten krijgen. Het komt veel voor in plantaardige oliën, vooral lijnzaadolie bevat veel ALA. Ook zit het in raapzaadolie, sojaolie, walnoten en plantaardige  margarines. Verder bevatten vlees en groene bladgroenten een kleine hoeveelheden ALA.

Uit onderzoek is gebleken dat ALA helpt bij het behouden van een normaal cholesterolgehalte.

De Gezondheidsraad adviseert volwassenen om 1% van de calorieën die ze op een dag nodig hebben uit ALA te halen. Dit komt overeen met 2 à 3 gram ALA per dag bij een gemiddelde consumptie van 2000 à 2500 kcal. Een theelepel lijnzaadolie van 5 ml levert 2,5 gram ALA.

Pooling van Amerikaanse en Chinese prospectieve cohorten

De onderzoekers maakten gebruik van twee grote prospectieve cohorten: het China Health and Nutrition Survey (CHNS / 12.217 deelnemers / 1997-2011) en het US National Health and Nutrition Examination Survey (NHANES / 40.217 deelnemers / 1999-2018). Uit de voedingsvragenlijsten werd de geschatte ALA-inname berekend, en deelnemers werden gevolgd op overlijden door alle oorzaken. Vervolgens werd onderzocht of hogere inname van ALA en de consumptie van specifieke voedingsbronnen van ALA gepaard gaan met lagere sterfterisico’s, met correctie voor diverse levensstijl- en voedingsfactoren.

Belangrijkste resultaten

De deelnemers in het hoogste kwartiel van ALA-inname hadden een 19% lager risico op sterfte door alle oorzaken ten opzichte van het laagste kwartiel (HR 0,81; 95% CI: 0,72-0,91). In de CHNS was de daling 23%, in de NHANES 17%. Elke extra gram ALA-inname per dag resulteerde in een daling van ongeveer 4% in sterfterisico (HR 0,96; 95% CI: 0,93-0,99) in een lineair 'dose-response' patroon.

Wanneer gekeken werd naar verschillende voedingsbronnen van ALA, vonden de auteurs dat hogere consumptie van plantaardige oliën (HR 0,86), bonen & groenten (HR 0,83), en noten (HR 0,78) was geassocieerd met lagere sterfte. Ook consumptie van gevogelte en vis als ALA-bron gaf een licht lagere sterfterisico (HR 0,89).

Advies voor een plantaardige voeding

Deze resultaten suggereren dat een plantaardige voeding met meer noten, bonen, groenten en plantaardige oliën - met speciale aandacht voor ALA-rijke producten als walnoten, lijnzaadolie en koolzaadolie - kan bijdragen aan een iets lagere kans op vroegtijdig overlijden. Dat het effect in beide uiteenlopende populaties (China en VS) zichtbaar is, versterkt het bewijs. De 'dose-response' bevinding (4% lager risico per extra gram) onderstreept dat zelfs relatief kleine voedingsaanpassingen gunstige effecten kunnen hebben.

Klik hier voor de volledige tekst van de publicatie.

Lager sterfterisico door hogere inname alfa-linoleenzuur