Vetzuren en het risico op hart- en vaatziekten

De aanhoudende discussie over vetten en vetzuren – vaak gevoed door opinies in plaats van feiten – onderstreept het belang van objectieve, hoogwaardig uitgevoerde wetenschappelijke studies van gerenommeerde onderzoeksinstituten. In dit artikel belichten we enkele recente, relevante publicaties over verschillende vetzuren gemeten in het bloedplasma en het risico op hart- en vaatziekten. Hoewel de uitkomsten de vaste lezers weinig zullen verrassen, bieden ze nieuwe onderbouwing voor bestaande inzichten.

Vetzuren in het bloed en het risico op overlijden door hart- en vaatziekten |
In een eerder verschenen artikel bespraken we uitgebreid de studie van Harris, waarin op basis van gegevens uit de UK Biobank werd aangetoond dat hogere plasmaconcentraties van linolzuur geassocieerd zijn met een lager risico op sterfte door zowel alle oorzaken, als door alleen hart- en vaatziekten en door alleen kanker.

Een nieuw systematisch review door Shi en collega’s breidt deze inzichten uit door resultaten van de in bloedplasma circulerende vetzuren en het risico op cardiovasculaire aandoeningen van drie grote prospectieve cohorten te combineren. Naast de eerder besproken UK Biobank includeerden zij ook data uit de EPIC-CVD-studie en de INTERVAL-studie. In totaal omvat deze gecombineerde analyse bijna 173.000 deelnemers, met samen bijna 9.500 gevallen van hart- en vaatziekten en ruim 8.000 beroertes.

De bevindingen bevestigen eerdere inzichten. Linolzuur werd opnieuw geassocieerd met een verlaagd risico op beroerte. Hogere bloedspiegels van mariene omega-3-vetzuren, met name docosahexaeenzuur (DHA), bleken significant geassocieerd met een lager risico op hart- en vaatziekten. Ook eicosapentaeenzuur (EPA) liet een gunstig verband zien. Een hoger totaal gehalte verzadigd vet was geassocieerd met een verhoogd cardiovasculair risico. Dit gold wel specifiek voor vetzuren met een even aantal koolstofatomen; verzadigde vetten met een oneven aantal koolstofatomen bleken juist een beschermend effect te hebben. Deze vetzuren komen echter nauwelijks voor in de voeding. Ze komen voor in zuivel- en vleesproducten maar dan in kleine hoeveelheden van 0,3 tot 1% van het totaal aantal vetzuren.

Essentiële vetzuren en overleving bij mensen met diabetes
Een derde interessante studie maakte gebruik van gegevens uit de Amerikaanse NHANES-database om de relatie te onderzoeken tussen de inname van essentiële vetzuren - linolzuur en alfa-linoleenzuur - en sterfte onder mensen met diabetes. Aan de studie namen ruim 3.000 volwassenen met diabetes deel die tussen 1999 en 2008 gemiddeld negen jaar werden gevolgd.

De resultaten tonen aan dat deelnemers met een hoge inname van linolzuur een 17% lager risico hadden op sterfte door alle oorzaken en een 48% lager risico op cardiovasculaire sterfte, vergeleken met degenen met de laagste inname. Voor alfa-linoleenzuur werden vergelijkbare beschermende effecten gevonden bij deze diabetespatiënten: respectievelijk 15% lager risico op totale sterfte en 45% lager risico op sterfte door hart- en vaatziekten.

Deze bevindingen suggereren dat een voldoende inname van linolzuur en alfa-linoleenzuur ook bij mensen met diabetes bijdraagt aan een betere cardiovasculaire gezondheid en een verhoogde overlevingskans op de lange termijn.

 

Effecten van de vetzuur-inname van kinderen en tieners op hun latere gezondheid

Uit eerdere artikelen bleek al dat gezondere eetkeuzes op latere leeftijd een positief effect hebben op de gezondheid. En ook voor jongeren is gezond eten de moeite waard! Een recente studie met meer dan 680 jonge deelnemers uit Zweden laat zien dat het vetzuurniveau in het bloed van kinderen en adolescenten samenhangt met een betere gezondheid op jongvolwassen leeftijd.

Studieopzet
De resultaten van de cohortstudie gepubliceerd in het American Journal of Clinical Nutrition (AJCN) onderzocht de relatie tussen plasmawaarden van meervoudig onverzadigde vetzuren tijdens de kindertijd en adolescentie, en cardiometabole risicofactoren op jongvolwassen leeftijd. De studie maakte gebruik van gegevens uit het BAMSE-cohort, een langlopend geboortecohort met 688 deelnemers in Stockholm, Zweden.​ Het doel van het onderzoek was om te bepalen of de plasmawaarden van omega-3 en omega-6 PUFA's op 8- en 16-jarige leeftijd geassocieerd zijn met uitkomsten als BMI, lichaamssamenstelling, bloeddruk en bloedlipiden op 24-jarige leeftijd. Plasmawaarden van vetzuren zijn een goede maatstaf voor de inname van plantaardige oliën.

Resultaten
Bij vrouwelijke deelnemers werden hogere plasmawaarden van linolzuur (LA) en alfa-linoleenzuur (ALA) op 16-jarige leeftijd geassocieerd met gunstigere cardiometabole profielen op 24 jarige leeftijd, waaronder een lager BMI, verminderde tailleomtrek, minder vetmassa en lagere niveaus van triglyceriden, LDL-cholesterol en systolische bloeddruk. Bij mannelijke deelnemers werden geen significante associaties gevonden voor de onderzochte vetzuren. Ook vonden de auteurs geen verband tussen omega 3-plasmavetzuren en de onderzochte cardiometabole risicofactoren.

Discussie
Deze bevindingen komen overeen met kortetermijnstudies die suggereren dat LA mogelijk beschermend werkt tegen ophoping van lichaamsvet. Opvallend genoeg werden in deze studie alleen bij vrouwen - en niet bij mannen - hogere plasmawaarden van LA en ALA tijdens de adolescentie geassocieerd met gunstigere cardiometabole profielen op jongvolwassen leeftijd. In eerdere literatuur werden geen consistente verschillen tussen de seksen gemeld. Het huidige onderzoek omvatte meer vrouwen dan mannen, waardoor de effecten bij vrouwen mogelijk eerder statistisch significant waren. Ook kunnen geslachtsspecifieke effecten mogelijk een rol spelen, waaronder hormonale en biologische verschillen tussen jongens en meisjes, en/of verschillen in vetzuurmetabolisme of voedingsinname.

Conclusie
Gezonde voedingskeuzes in de kindertijd en adolescentie kunnen mogelijk al een rol spelen bij het bevorderen van een gezond gewicht en goede hartgezondheid op latere leeftijd, al zal dit bevestigd moeten worden met verder onderzoek. De resultaten van deze studie sluiten in elk geval aan bij de bestaande voedingsrichtlijnen die een voeding rijk aan plantaardige vetten, zoals linolzuur en alfa-linoleenzuur, aanbevelen.

De volledige studie is hier te vinden.

 

Vetzuren en het risico op hart- en vaatziekten